Naam |
Matthias Greeff |
Agtervoegsel |
SV-Prog |
Geboorte |
± 1655 |
Maagdeburg, Duitsland [1] |
- Hoge (sien bron) noem Maagdeburg slegs as plek van herkoms, nie noodwendig geboorteplek nie. Geboortedatum my eie gissing.
|
Geslag |
Manlik |
Beroep |
1679 [2] |
Bosschieter vir die V.O.C. |
Beroep |
1680 [3] |
Smid |
- Op 29 Februarie 1680 het hy smidgereedskap geoop van Joost Jansen van Rotterdam.
|
Misc |
1 Jan 1680 |
Kaapstad, Kaap, Suid-Afrika [2] |
Vryburger |
Beroep |
1682 |
Kaapstad, Kaap, Suid-Afrika [3, 4] |
Smid |
- Hy verskyn in 1682-monsterrol as vennoot van die smit Johann van Eeden van Oldenburg.
Matthijs Greve } compagnons
Jan van Oldeb. }
|
Beroep |
1685 |
Stellenbosch, Kaap, South Africa [5] |
Heemraad |
- (Die brondokument blyk Julie 1685 gedateer te wees, dus is dit nie duidelik of "verleeden jaar " Julie 1684-Julie 1685, of slegs die hele 1684 beteken nie.)
Het Stellenbosch, bij heemraeden bestiert, sal oock soodanigh voor eerst wel connen continueeren, zijnde voor het lopende jaar daar toe aengestel, in plaatse van de persoonen verleeden jaar gedient, die geweest zijn Hendrick Elbertse, Hans Jurgen Grim, Douwe Gerrebrandtz Steijn, Mattijs Greeuwl en affgegaan namentlijck voor tegenwoordigh Gerrit van der Bijl, Henningh Huijsingh, Jan Cornelisse Mostert, Harman Jansen Smith.
|
Beroep |
1697 |
Stellenbosch, Kaap, South Africa [3] |
Heemraad |
Beroep |
1699 [3, 6] |
Dokter/sjirurg |
- Uit die aangehaalde bron:
"Hendrik Roode woonde als knecht bij de boer Hendrik Venter. In 1699 kreeg hij een gebrek aan zijn been. Om het te genezen ging hij naar chirurgijn Matthijs greef, bij wie hij een poos inwoonde. Na enige tijd kqam Roode weer bij Venter terug, en zei: "Tabeetjes baas, ick sou hier weer gaarn bij u weesen." Venter antwoordde echter afwijzen: "Als gifj van Greef afquamt, kost gij mijn huijs toen nie vinden? Heb ick jouw gesont gehat, ick zoude jouw in jouw sieckte niet verlaten. Gij loopt gedurig op een ander, maar ick heb met sulcke knegts niet van doen".
Aldus 'n ander bron het hy medisyne gemaak van plante.
|
Beroep |
1699 |
Stellenbosch, Kaap, South Africa [3] |
Heemraad |
Misc |
CA 1700 [7] |
Vryburger as kneg: Pieter Merreveld, vir 8 maande |
- From Governor Simon van der Stel to his son Willem, his successor, dated Constantia: - "Very worthy and beloved son! The bearer of this is Pieter Merreveld, whose name I found among those of the freemen who have been summoned ; he is hired to me, and is a man of good conduct, and should he before this have made any mistake, it must have been more from ignorance than any evil intention. I request that he may be quickly served, as he comes to give an account of himself. He lived 4 years with Sneewind; 8 months with Matthys Greeff, and two years with "Baas" Voslo. With my cordial greeting, I remain, very worthy and dear son,
Your very affectionate father,
S. van der Stel"
Constantia, 17th October, 1701
|
Misc |
1704 [8] |
Onderonsie met Jeronimus Stevens |
- Uit die aangehaalde bron:
"Als een vrouw zaken zonder medeweten van haar man deed, was ze algauw verdacht. Toen Jeronimus Stevens in 1704 geld van Susanna Claasz, de vrouw van oud-heemraad Matthijs Greef, ontvangen had, kreeg hij het aan de stok met Greef zelf:
'Gij bent de pol van mijn wijf. Als gij geld van mijn vrouw opneemt buijten mijn kennis, kond gij wel meer met mijn vrouw uijtstaande hebben.'
Reden voor Susanna om Jeronimus Stevens duchtig met een houten muil onder handen te nemen: 'Gij zijt een kwaat stoker tussen man en vrouw'. "
|
Misc |
1706 [9] |
Byeenkoms in Mattijs Greeff Sr. se huis om skinderstorie te stil |
- Oorvertel uit aangehaalde bron
Geertruij van der Lidth, die oudste en toe nog ongetroude dogter van heemraad Anthonij van der Lith, het een 1706 self 'n byeenkoms georganiseer om 'n skinderstorie oor haar te stil. Sy het 'n aantal getuies na die huis van oudheemraad Matthijs Greeff uitgenooi en daar Greeff se slavin Christina ondervra.
"Wat hebt gij mijn meijd gevraagt, of ik een kind gekregen heb, en of het een meisje is?"
Christina het ontken dat sy die bron van die skinderstorie was en gesê dat sy dit van Hans Beijer gehoor het, dat "de ouste nonje van Van der Lith heeft een kinen [en] leijd in de kraam van een jonge dogter. Wil je 't niet gelooven? Daar komt haar meijd aan. Vraagd die 't vrij, die sal 't u selvs seggen".
Matthijs Greef se seun Matthijs, het dit bevestig: "Nonje, ik heb het Hans ook hooren seggen".
"Swijg maar, ik heb al genoeg", was Geertruij se reaksie.
|
Misc |
20 Feb 1706 [10] |
Besoek van Adam Tas en groep boere ('n dronk Greef sing almal toe) |
- Hierdie vind plaas tussen die onderonsie tussen Tas en Van der Stel:
Saturdag den 20t'. S'morgens tamelijk weer, dezen morgen ben ik in geselschap met Mr. van der Bijl na Mr. du Toit gereeden, wij vonden hem niet 't huijs, want hij ten huijse van Matthijs Greef was geroepen, wij reeden derwaards, Mr. Appel quam ook daar alwaar ons vertelt wierde, dat op gisteren alle de vrijluijden aan de Caab tot Zwarten in Cluijs, door den boode bij den gouvernr. waren geroepen, alsse in 't Casteel verscheenen wierden ze met wijn, tabak enz: beschonken, toen haalde den goevernr. een schrift voor den dag, 't welk hij hen liet teekenen, de menschen waaren verbaast, niet wetende wat hier van de beduijdenisse was, egter hebben zij de teekening daar van niet derven wijgeren, 't zoude behelsen dat zij den gouvernr. voor een eerlijk man verclaren.
dog die zulx doen zijn schelmen, of 't moest weesen dat die menschen de verlooren eer van den gouverneur hadden gevonden, als dan zoud'et billik weesen, dat ze hem die weder quamen te geeven, dog mijns dunkens zijn alle die droefgeestige figuuren die den gouvernr. thans slaat, niet anders als doodstuijpen.
Mr. Greef was vrolijk zingende verschijde deunen helderop, dog de man was vol zoeten wijns, hij zeijde zijn kop liever te willen verliezen als voor den gouvernr. te teekenen, en hij hield ze voor vervloekte schelmen die voor den gouvernr. teekenden, en dit ging zoo verre dat hij ze de verdoe-
menisse toewenschte. nadat we daar ter plaatse een wijl gezeeten, eenige glasen wijn gedronken, en wat smookkruijd verbrand hadden, zijn we gereeden na 't huijs van Mr. du Toit, wij hielden daar 't namiddagmaal en reden toen na huijs.
|
Misc |
1709 |
Stellenbosch, Kaap, South Africa [11] |
'n Slaaf van Matthijs Greef tereggestel (gehang) vir diefstal |
- Uit die aangehaalde bron:
"June 25.
...
"Simon of Malabar, slave of Matthys Greef, hanged for theft. On a Sunday, three years ago, he and Kelder, a servant of the Company and horse herd at Klapmuts, had been at the house of an old man, Frans Hendriksz de Raad, alias Platte Boer, at Stellenbosch, and at a time when he knew that the said Frans and his wife Aatje Philips were at his master's house.
"That 'Kelder' opened the window and climbed into the housel that prisoner stood on the watch outside to look out for the passers-by; that Kelder broke open the chest and stole Rds. 139 tied in a piece of sailcloth, a silver purse in which there were 8 diamonds, a silver-mounted belt, a hat, an under waistcoat with 24 silver buttons, 16 buttons with silver plates, and a silver breech button".
He had confessed that, excepting the button last mentioned and the money, of which he had only received Rds. 25, he had thrown the waistcoat, after having cut off the silver buttons, into the bushes. When he returned home he pretended to pity the poor old people who had been robber and were still at his master's house, by saying "that poor woman's property has been stolen," endeavouring by such words of sympathy to his his premeditated crime. For that purpose he also gave the silver purse, the belt and diamonds to his mistress, the wife of Matthys Greeff, in order to compromise her as aider and abetter, and secure her protection ; the money and the silver buttons he kept for himself.
The buttons he sold to a certain Jan Roux at Drakenstein for twopence each and gambled the amount away at the house of Jan Valniet at Stellenbosch.
When the robbery was discovered the prisoner was ordered by his master to keep out of the way, and he was sent first to an outside station, the "Drie Fonteinen ", and after that to the 24 Rivers. This the prisoner obeyed and remained in his hiding-place until, like all other vagabonds, he flew into a candle like a moth.
Some four months ago he had incited some slaves to steal their master's cattle, which he had kept among his master's lambs, and with which he had run away under the direction of two Dutch or Europeans, who professed to have a compass, with which they might reach another country in six weeks' time. Together they carried of 19 sheep, 7 of the Heemraad Jad Botma, and 12 of Mr. Elsevier, also some tobacco, two guns, and powder and lead stolen from Hans Polonie (servant of Elsevier) ; prisoner then commenced the journey with the two Europeans, Jan Bakker and another Jan ; and when they had eater up everything they parted from the Europeans; becoming then the leader of the company and proceeding inland beyond the Olifants River into the Cochema's land, they were attacked by the Hottentots, who robbed them of their goods and ammunition, and broke and threw their firelocks in to the river. When prisoner and his comrades had crossed the river to this side, they were again attacked by the Hottentots (Namaquas or Bushmen), captured and delivered into the hands of justice, &c., &c.
Signed by L. van Assenburgh, J. C. d'Ableing, O. Bergh, Js. Swellengrebel, W. van Putten, K.J. Slotsboo, Pr. Kikze, Claas Hendriksz: Diepenauw, Henning Husing, and H. Donker, all members of the Court of Justice."
Hoekom het Greeff sy slaag weggestuur juis toe die diefstal bekend geword het? Ek vermoed hy het geweet van sy slaaf se betrokkenheid en dié se verhouding met sy vrou, en wou nie dat dit bekend word nie.
|
Eiendom |
1709 |
Kaapstad, Kaap, Suid-Afrika [12] |
Huis op die hoek van die Nuwe Markplein? |
- In die joernaal van 1709 word verwysing gemaak na 'n straatgeveg, maar dit word nie gemeld of dit in Kaapstad of Stellenbosch was nie. Ek vermoed die eerste. Tydens die geveg het ene "Dolle Dries" in die hoek van die Nuwe Markplein gaan staan, "at the corner house ... belonging to Matthijs Greeff. "
|
Inventaris |
3 Aug 1710 |
Stellenbosch, Kaap, South Africa |
MOOC8/2.40 |
|
Beroep |
< 1712 |
Kaapstad, Kaap, Suid-Afrika |
Kruiedokter |
Eiendom |
1712 [13] |
Plaas "Drie Fonteinen" |
Eiendom |
1712 [13] |
Plaas "Vier-en-twintig Rivieren" |
Sterf |
< 12 Jul 1712 |
Suid-Afrika (ZA) [14, 15] |
- Uit die verkoop van Matthijs Greef se boedel is dit duidelik dat hy ekonomies welvarend was: vier plase en drie veeposte. Die totale opbrengs was 12,800 rijksdaalders.
|
Sterfte |
CA 12 Jul 1712 |
Stellenbosch, Kaap, South Africa |
Inventaris |
17 Jul 1712 |
Stellenbosch, Kaap, South Africa [16] |
MOOC8/2.63 |
- Na Matthijs Greef se dood is sy boedel geïnventariseer. Die vyf kinders van Anna Greeff en Burgert Pietersz van Dijk verskyn as erfgename.
Sien die bron vir die volledige inventaris.
|
Verkoopcedul |
1 Nov 1712 |
Stellenbosch, Kaap, South Africa [17] |
MOOC10/1.74 |
- Op 1 November 1712 is sommige van Matthijs Greeff se eiendom verkoop tydens 'n vendusie. Die opbrengste sou verdeel word onder die erfgename (waaronder ook Burgert Pietersz. en Anna Greeff se vyf kinders - hulle het hulle oorlede ma se erfporsie gekry).
Daarbenewens het Burgert ook die volgende op die vendusie gekoop:
450 skape
50 p:s skape (ek probeer nog uitvind waarna p:s verwys)
1 p:s legger met wijn
8 p:s kalwers
15 p:s osse
2 p:s osse met 'n kalf elk
4 p:s koeie met 'n kalf elk
1 slaaf genaamd Fontijn.
|
Inventaris |
6 Des 1712 |
Cabo de Goede Hoop [18] |
MOOC8/2.65 |
- Op 6 Desember 1712 het die Weesmeesters Matthijs Greeff se eiendom verdeel aan die erfgenamen.
Burgert Pietersz van Dijk het namens sy kinders onvang:
1 silwer beker (weegende 9:4 Rijkdsaalders)
1 paar silwer broeksknope
1 silwer tandstokkie
1 paar goue knope
Sien die bron vir die verdeling van die volledige inventaris.
|
Naam |
Mattijs Greeff |
Beroep |
Kaap, Suid-Afrika |
Smid |
- I vennootskap met Johannes van Eeden
|
Eiendom |
Plaas "Nooitgedacht" [3] |
Persoons ID |
I2583 |
Van Dyk-stamboom |
Laaste Opgedateer |
28 Sep 2020 |